De ASM Academy lanceerde in november vorig jaar Masters of Movement; in een reeks van netwerkbijeenkomsten kunnen ASM-instructeurs hun kennis verdiepen met masterclasses van specialisten uit theorie en praktijk. Op vrijdag 18 maart was de eerste masterclass in een fraaie collegezaal van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Onder leiding van aanvoerder Gregory Sedoc gingen Canadese professor Jean Côté en topcoach Guus Hiddink dieper in op de vraag: ‘How to be an adaptive coach’. “Kennis delen is belangrijk,”, aldus Hiddink, die aan de hand van een anekdote ook duidelijk maakt dat dit niet overal vanzelfsprekend is.
"Je serveert als coach en je krijgt de bal terug van de sporter. Coaching en ontwikkeling is een gezamenlijke activiteit"
- Prof. dr. Jean Côté
Matrix
Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat coaching, prestatie en ontwikkeling in grote mate afhangt van relaties, vertelt Côté. Dat blijkt niet alleen uit onderzoek in sport, maar ook in andere sectoren zoals onderwijs of bijvoorbeeld het leger. In een matrix onderscheidt de wetenschapper een aantal verschillende coachtypes aan de hand van de variabelen ‘betrokkenheid’ en ‘effectiviteit’. Een niet-betrokken coach kan effectief zijn door middel van zogenaamd transactional leadership: voor wat hoort wat. Côté heeft echter vraagtekens bij de effectiviteit ervan. Wat gebeurt er met de prestatie als de beloning uitblijft? Een niet-betrokken coach is vaak ineffectief en belandt in de matrix in het kwadrant laissez-faire: de coach laat het gebeuren en de sporter moet het eigenlijk zelf maar uitzoeken. Betrokkenheid is dus belangrijk, maar niet altijd effectief. Er zijn zeer betrokken coaches die geen ruimte laten voor de inbreng van de sporter. Zij belanden bij Côté in het kwadrant toxic. De beste coach is volgens hem de coach die gebruik maakt van transformational leadership, betrokken én effectief.
“Het gaat bij transformational leadership om de relatie met de sporters. De coach moet de sporter leren kennen. Je weet dat je als coach kunt groeien en de sporters groeien ook,” aldus Côté, die als tennisser graag de vergelijking maakt met een service en een return. “Je serveert als coach en je krijgt de bal terug van de sporter. Coaching en ontwikkeling is een gezamenlijke activiteit. Ga maar bij jezelf na wie je beschouwt als de beste coach die je ooit hebt gehad. Iedereen noemt die ene coach die betrokkenheid toonde.” Ter illustratie laat Côté een video zien van een basketbalcoach die met al zijn spelers een verschillende begroeting heeft voor ze de wedstrijd ingaan:
Vier i’s
Côté categoriseert het gedrag dat hoort bij transformational coaching in vier dimensies, de vier i’s: Idealized Influence, Inspirational Motivation, Intellectual Stimulation, and Individualized Consideration. Bij Idealized Influence houdt dat onder meer in dat je doet wat je zegt, maar ook dat je als coach ervaringen deelt en (oprechte) excuses aanbiedt voor fouten; bij Inspirational Motivation gaat het erom dat je samen met de sporter (of met het team) doelen stelt en dat je de sporters vertrouwen geeft; Intellectual Stimulation is het aanmoedigen van input door de sporter en het delen van verantwoordelijkheid; en Individualized Consideration is investeren in de relatie onder meer door oprechte belangstelling te tonen.
“Ik zie en voel bevestiging voor de dingen die ik in de praktijk heb gedaan"
- Guus Hiddink
Côté illustreert zijn conclusie met een vergelijking. “Advil maakt pijnstillers in allerlei soorten en maten, maar al die pijnstillers hebben één werkzame stof: ibuprofen. Goede coaching kan op honderden verschillende manieren, maar er is altijd één werkzame stof: de onderlinge relatie.” Daar voegt hij tot slot aan toe: “Dat is geen hogere wiskunde, het is iets dan je kunt leren.”
Geslaagd voor examen
Dat leren gebeurt veelal in de praktijk en door middel van voorbeelden. Nadat de deelnemers aan de masterclass de stof van Côté tijdens het diner hebben laten indalen, volgt een zogenaamde deep dive-sessie waarbij de voorbeelden vooral komen uit de koker van Guus Hiddink en René Wormhoudt, conditietrainer bij het Nederlands elftal en medegrondlegger van het ASM. In de pauze blijkt dat student Jean Côté is gelaagd voor zijn examen bij meester Hiddink. “Natuurlijk leer ik hiervan”, zegt de voormalige topcoach in de pauze. “Ik zie en voel bevestiging voor de dingen die ik in de praktijk heb gedaan. De goede dingen en ook de foute dingen worden hier theoretisch onderbouwd en bij elk thema dat hij (Côté, red.) behandelt, schieten bij mij de voorbeelden door mijn kop.”
Lees verder onder de foto
Een van de voorbeelden die in de deep dive-sessie naar aanleiding van een vraag van aanvoerder Sedoc ter sprake komt, is Romário. “Stel dat er één speler in de groep is die de boel verziekt,” vraagt Sedoc. “Wat doe je daarmee, haal je de angel eruit of pas je je aan?” Hiddink denkt met zichtbaar plezier terug aan de Braziliaanse topspits die bij PSV tussen 1988 en 1993 maar liefst 98 maal scoorde in 110 wedstrijden. “Romário was goed voor 30-40 doelpunten per jaar, maar hij had ook de gewoonte om drie dagen te laat terug te komen van vakantie. Dus daar ga je mee aan de gang. Als we al drie dagen hadden getraind en Romário kwam opdraven, gaf ik de jongens vrij. Iedereen blij, maar ik zei ook: Romário blijft. De anderen dachten dat hij een zware straftraining zou krijgen, maar ik ging lekker met hem wandelen in het bos. Toen er weer eens veel klachten over hem kwamen, vroeg Romário een keer aan me of hij op de training mocht laten zien hoe je moest verdedigen. In de partij 11×11 stond hij bij uitzondering verdedigende middenvelder, en hij zaagde iedereen die er voorbij dreigde te komen af. Vervolgens liep hij naar de kleedkamer. Zo, en nu ga ik de rest van het jaar weer in de spits staan om de ballen erin te schieten. De toppers dwingen het af.”
"Ik deel graag kennis en ik geloof dat je er zelf ook beter van wordt”
- Guus Hiddink
Kennis delen
De deep dive-sessie leverde vele smakelijke verhalen en verhitte discussies op over het vak. Leerzaam, en daar ging het om, want kennis delen is belangrijk. “Maar daar denkt niet iedereen hetzelfde over,” vertelt Hiddink na de lezing van Côté. “In Rusland is dat totaal anders. Toen ik daar bondscoach was, heb ik een keer een sessie belegd met alle clubcoaches om over coaching te praten en over teammanagement. Na afloop kwam een van de coaches op mij af en die vroeg me waarom ik dat allemaal vertelde. Daar begreep hij helemaal niets van. De kennis die je hebt moet je voor jezelf houden, vinden ze daar. Ik deel graag kennis en ik geloof dat je er zelf ook beter van wordt.”
De volgende masterclass vindt plaats op 24 juni met het thema ‘Dance and performance for motor development and injury prevention’ met een lezing van en deep dive-sessie met Dr. Janine Stubbe (bewegingswetenschapper en lector Performing Arts Medicine bij Codarts Rotterdam) en een praktijksessie onder leiding van Sander Plomp (docent dans ALO Amsterdam). Inschrijven kan nog voor een compleet jaar inclusief vier masterclasses.