“We doen veel oefeningen uit andere sporten om de veelzijdigheid te trainen. Daardoor ligt het prestatieplafond van de spelers hoger dan wanneer ze alleen zouden voetballen. Ze moeten niet voetbalmoe worden. Sporten hebben meer met elkaar gemeen dan dat ze van elkaar verschillen. Wij trainen eens in de drie weken in de AKT binnenruimtes, waarbij wij het eerste uur bijvoorbeeld judoën of turnen en het tweede uur zaalvoetballen. Voetenwerk, duelleren, kracht, respect, reageren op elkaar… wie niet sterk is, moet slim zijn.”

Colin Brouwer is gymleraar in het basisonderwijs voor groep 1 tot en met 8, van 4 tot 12 jaar. Daarnaast is hij hoofdtrainer voor de groep onder 11 bij Almere City FC, het eerste jeugdteam bij deze Almeerse profclub. Bij André Kemper (AKT projectadviseur) liep hij stage in het onderwijs en hij was buurtsportcoach. “Een aantal jaren geleden heb ik het ASM geïntroduceerd bij Almere City. Deze visie loopt als een rode draad door mijn werk heen, als vakleerkracht en als trainer.” Werkt dat bij beide hetzelfde? “Het verschil met de KNVB en andere betaald voetbalorganisaties is: de voetbalbond predikt vanuit de cursussen alleen voetbal. Het ASM staat daar anders in door in de basis te laten ontwikkelen als een veelzijdig atleet met oefeningen uit andere sporten. Wij hebben het ASM geïmplementeerd als een ondersteuning van de voetbalvisie om zo goede voetballers te ontwikkelen die bewegen als een atleet. Deze implementatie past goed bij de kernwaarden van Almere City: jong, ambitieus en eigenwijs.”

“We richten ons op veel meer dan alleen het voetbal. Zo kijken we ook naar spelers die een groeispurt doormaken en hebben wij geduld met laatrijpers. Wij richten ons volledig op de ontwikkeling van de spelers in een omgeving waar je fouten moet maken om beter te worden en daarmee is het wedstrijdresultaat bij de jonge spelers onderschikt aan deze ontwikkeling. Zo denken wij de grootste kans te hebben om op de lange termijn spelers af te leveren aan het eerste elftal in plaats van op korte termijn kampioen te willen worden, zonder dat deze spelers ooit het eerste elftal zullen halen.”

Technisch Adaptief Hij ziet het AKT als een kans om nieuwe ontwikkelingen in de sport in te zetten om je ambities in je sport waar te maken. “We willen zoveel mogelijk jonge spelers afleveren aan het eerste elftal. Op jonge leeftijd veelzijdig ontwikkelen zorgt ervoor dat je een atletische beweger wordt. Vanuit het atletisch vermogen kun je je nog beter specialiseren op een of twee posities in het voetbal bij het eerste elftal.” Dat doet hij onder meer met turnen, frisbeeën, flagfootball, judo en kickboksen. Brouwer: “Het helpt dat ik ook vakdocent ben, waardoor je een grotere rugtas hebt om uit te putten bij het kiezen van de juiste oefeningen. Je ziet dat hoe ouder de spelers worden, hoe sport-specifieker de oefeningen zijn. Dat heet technisch adaptief. Kickboksen is een donorsport, daar kun je als oudere jeugdspeler ook dan nog steeds van leren, maar de focus verschuift van multisporten en donorsporten bij de jongere jeugdteams naar donorsporten en technisch adaptief bij de oudere jeugdteams.” Zijn team bestaat uit 18 spelers en drie keepers. Spelers worden gescout bij hun eigen club en gevraagd voor een trainingsstage. Kinderen die gescout worden bij hun eigen club, trainen minimaal drie keer met ze mee. Aan de hand van de trainingen wordt bepaald of zij worden aangenomen, een stageverlenging krijgen of dat ze bij hun eigen club gevolgd worden. “Het ASM heeft nog geen vaste plek in het aannamebeleid, qua motorische tests. Wij kijken naast de voetbalkwaliteiten ook naar de algemene bewegingsvaardigheden en het dynamisch vermogen. Hierin zie je het ASM wel terugkomen.”

Aanpassingsvermogen Op maandag trainen ze in de zaal, donderdag op natuurgras en vrijdag op kunstgras. “Dat helpt de spelers zich sneller aan te passen aan veranderende omstandigheden en is daarmee een extra prikkel voor de ontwikkeling van de technische vaardigheden. Aanpassingsvermogen is heel belangrijk en dat trainen wij onder andere door te trainen op verschillende ondergronden en met verschillende soorten ballen. Daar groei je als voetballer van, én als mens. Een veranderde omstandigheid wordt zodoende een uitdaging in plaats van een beperking. Ook als je geen profvoetballer wordt, heb je daar de rest van je leven profijt van.” De trainingen zijn gericht op het verbeteren van techniek, fysiek en mentaliteit. Daarnaast heeft de Voetbal Academy van Almere City vijf kernwaarden: dynamisch, creatief, leervermogen, sociaal en grensverleggend. “Bij al die waarden kun je zowel voetbalspecifiek als veelzijdig denken. Spelers bij clubs zijn vaak gericht op presteren. Wij zijn meer gericht op ontwikkeling; elke keer beter worden dan de keer daarvoor. Meer baas worden over je eigen lichaam en de bal.” De ambitie is om die visie door te ontwikkelen. “Ik zou het mooi vinden als we op onze eigen accommodatie meerdere faciliteiten krijgen om andere oefeningen te kunnen doen. Dat doen we nu in de Topsporthal en het Indoor Sportcomplex Olympiakwartier in Poort, het AKT-gebouw.”

“ZE MOETEN NIET VOETBALMOE WORDEN”

Positief Met zijn team is hij ook naar de Skills Garden in Haven geweest. “We hebben daar een demonstratietraining gegeven. Als trainer bereid ik de trainingen zo voor dat de voetbalthema’s worden ondersteund door de ASM-oefeningen. Wil ik ze bijvoorbeeld laten omschakelen, wat reactievermogen vraagt, dan doe ik een tikspel waarin de tikkers snel veranderen op commando van de trainer. De spelers ervaren het als erg positief. Ze vragen bij niet-voetbaloefeningen vaak of ze langer mogen doorgaan, iets wat je bij deze échte voetballers niet verwacht. Ze hebben heel veel plezier en leren zonder dat ze het doorhebben.”

Dit artikel is gepubliceerd in het AKT Magazine voor het 5-jarig jubileum van het Almere Kenniscentrum Talent (AKT). Op 14 februari nam wethouder Sport Julius Lindenbergh het eerste AKT Magazine in ontvangst. Hierin blikt het AKT samen met partners terug op wat er de afgelopen vijf jaar samen gerealiseerd is. Bekijk hier het originele artikel.   Bekijk alle artikelen uit het AKT Magazine

Datum: 2020-02 Foto’s: Fred Rotgans en Anita Riemersma